Mini-Baantje

Naar aanleiding van de expo 2008 organiseert Modelspoormagazine een minibaantjes-wedstrijd. Ik besloot (buiten competitie) mee te doen, waarbij een deeltje van "Marche-en-Bières" apart wordt opgebouwd. Op deze pagina vind je de evolutie van het project.


Ik koos ervoor om een deel van het rangeerterrein, de rangeerheuvel, als apart baantje te bouwen. Het voldoet aan het wedstrijdreglement (maximaal 0,75 vierkante meter, treinbewegingen mogelijk) en het leek me best origineel.
Er zitten wat leuke stukken scenery in, waar diverse technieken voor gebruikt moeten worden. Het heuvelen zelf zal ook voor wat technische uitdagingen zorgen.

De ruimte voor de start van de werken. Vooral de linkse lus zorgt meteen voor wat kopzorgen: het minibaantje komt hier immers vlak over, wat betekent dat de onderbouw hier een opening voor moet vrijlaten.


Om het baantje later aansluitend met de omgeving in de grote baan te kunnen plaatsen, moeten de randen aansluiten met de rest van het nog te bouwen baangedeelte. Hiervoor werd een bak geconstrueerd waar het minibaantje hangend in zal passen.

Het houtwerk van het minibaantje krijgt vorm. Er kwam heel wat meet- en zaagwerk bij kijken.


De ruwbouw van het minibaantje is klaar, het past mooi in het eerder gemaakte kader.

Over het volledige spoorgedeelte werd een kurklaag aangebracht. De baan is klaar voor het aanbrengen van de zelf te bouwen wissels.


De wisselstraat werd op ware grootte uitgetekend met behulp van CorelDraw. 3 bladen werden aldus op een houten plaat gekleefd.

Over het zelf bouwen van wissels staat al iets op de website, en die pagina zal binnenkort aangepast worden met meer en betere foto's. Toch wil ik U hier enkele foto's niet onthouden


Tijdens de bouw van de wissels werd er regelmatig nagemeten op de toekomstige ligging.

Wissels bouwen is precies werken. Een hulpmiddel zoals deze NMRA-mal is dan ook bijzonder nuttig.


Voor de niet-gesoldeerde bielsen gebruikte ik echt hout, dat chemisch op kleur werd gebracht.

De wisselstraat werd met Matte Medium op enkele plaatsen op de kurk gelijmd. De eenvoudige klemmetjes houden alles vast tijdens het drogen. het kurk werd overigens eerst met de airbrush op kleur gebracht.


De hele wisselstraat en de uitlooprails werden, na zorgvuldig uitlijnen, op dezelfde wijze vastgeklemd tijdens het drogen van de lijm. Een belangrijke stap in de bouw van het minibaantje is hiermee bijna voltooid.

De elektrische voeding werd op de klassieke manier opgebouwd: trafo -> gelijkrichter -> afvlakelco en een hulpvoeding van 5V voor de elektronica.
3 ampère voor het hele baantje, waarvan maximaal 2 Ampère voor de hulpvoeding lijkt me behoorlijk ruim bemeten.


Het bedieningspaneel werd opgebouwd volgens dezelfde principes als de panelen van Marche-en-Bières : compact, synoptisch bord, aanraakschakelaars en verklikkerlampjes

De achterzijde van het paneel huisvest de elektronica voor de aanraakschakelaars en de aansturingen voor de leds.


Het wordt tijd om de wissels van een aandrijving te voorzien. Hierna zal ik de wissels immers kunnen verweren en ballasteren.

De zelfgebouwde wisselmotoren doen het niet slecht. Onder een stukje van de baan wordt het al wat druk. De bekabeling moet nog netter, maar dat komt wel.


De wissels en de verdere rails zijn van ballast voorzien. Er zijn twee soorten ballast gebruikt: één fijner mengsel voor de bundel en een grover mengsel voor het uithaalspoor. De steentjes werden vastgelijmd met vloeibare latex (natuurrubber).

Met de airbrush werd het ballast wat verder gekleurd. Het voordeel van zo'n minibaantje is dat je het even op zijn kant kan leggen. dat vergemakkelijkt het airbrushen aanzienlijk.


Onder het baantje loopt een stuk van de grote baan. Dit werd van een eenvoudige bovenleiding voorzien, zodat de pantografen van voorbijrijdende locs niet blijven haken aan het minibaantje.

Het baantje zelf zal op de tentoonstelling op poten moeten staan om een goede kijkhoogte te hebben. De hoogte van elke poot moet afgeregeld kunnen worden om de baan mooi waterpas te zetten.


Dit idee om de poten onder het baantje te bevestigen haalde ik uit Modelspoormagazine nr.64. Op deze manier zijn de poten verwijderbaar. Een nog te plaatsen bout zorgt voor de nodige stijfheid van de bevestiging.

In één hoek was de transformator voor de voeding al onder het baantje geplaatst. Deze moest dus wat opschuiven voor de poothouder.


Vermits dit baantje verplaatst moet worden, is er een bescherming nodig voor het rollend materieel tijdens het transport. Uit een beschermingsmat voor een strijkplank sneed ik de kussens, waartussen de wagentjes veilig zitten.

Deze laden passen in een ladenblok, die vast geplaatst werd tussen twee poten van het baantje. Nu moet dit ladenblok nog op slot kunnen, zodat mijn rollend materieel veilig is wanneer ik tijdens de tentoonstelling zelf rond wil gaan kijken...


Een volgende stap was het plaatsen van ontkoppelaars. Deze wenste ik ook zelf te maken Het begon met op een vooraf afgedraaide kern zelf een spoeltje te wikkelen. Mijn draaibank werd daarvoor nog eens van stal gehaald.

Een metalen kern en een styreen verlengstuk vormen het beweegbare deel. Dit werd verder opgebouwd op een styreen chassis, waarop tevens een stuurtransistor gemonteerd werd.


Doorheen een gat tussen de sporen kan ik op die manier een pin omhoog laten floepen. Hierop moest nog een plaatje gemonteerd worden om de ontkoppelaar bruikbaar te maken voor de koppelmechaniek van de wagentjes.

Dit plaatje werd gecamoufleerd als dienstpad. Op de foto zie je hoe het plaatje omhoog staaat. In de rusttoestand zou je niet vermoeden dat hier enkele verborgen ontkoppelaars in lijn staan.


Iets heel anders: op mijn minibaantje wil ik een groot industrieel pand, en gezien het totale project kan dat bijna niet anders dan een broowerij worden. Voor de bouw van de ketels vertrok ik van houten sierbollen voor een gordijnrail.

Deze plaatste in in mijn metaaldraaibank, waarmee ik nu dan maar een keer hout wou draaien. Na het afdraaien van een voetstuk-houvast werd de bol omgedraaid geplaatst.


Na heel wat houtkrullen kwam deze vorm tevoorschijn: het bovendeel van een brouwketel met verluchtingsbuis.

Na gladschuren werd nog een voor in de houten vorm gesneden, waar later een messing ring in zal passen.


Waar deze buisjes voordienen? Wel, om zelf een lantaarntje met een stekkersysteem van te knutselen. Het is een vrij lang knutselverhaal, dat daarom een eigen webpagina heeft gekregen.

Dit is de voet van de lantaarn, het deel dat in de "grond" zal zitten. In het midden is er een buisje, waar een draad vanuit de lantaarn in past. De mantel van het voetje vormt de andere pool van de elektrische verbinding.


De kapjes wou ik een specifieke vorm geven, en daarom werden er uit messing enkele moedermodelletjes gemaakt, die ik kan afgieten in resin via een siliconen mal.

Op deze manier heb ik piepkliene SMD-leds aan de kop van de lantaarn bevestigd: een serieschakeling zorgt voor een lantaarn met twee lampen, maar voor het minibaantje heb ik ook enkelvoudige lantaarns gemaakt.


De lantaarn en de bovenzijde van de voet werd geschilderd in een lichtgrijze betonkleur. Nu kan de baan voorbereid worden voor de plaatsing...

Waarna de lantaarns op de baan kunnen pronken. Deze lampjes zullen later ook nog een tweede functie krijgen ... wordt vervolgd, dus.


Intussen ligt er nogal wat electriciteitsdraad onder het baantje, en zijn er de nodige fouten geslopen in de aansluitingen en de printplaatjes. Ik vind "zoek de fout" geen leuk spelletje...

De bouw van de brouwerij is een verademende afwisseling tussen het ontstoren door. Een proefopstelling ziet er alvast leuk uit.


Alweer wat elektronica erbij: dit is een ontvangerschakeling voor vier lichtsluizen. Het zet het signaal van een sensor om in een opgepoetst signaal. Op het baantje dient dit voorlopig alleen om een verklikkerledje te laten oplichten.

De sensor: een fototransistor, geplaatst in een afschermend messingbuisje. Maar waar dient dit ding voor, vraag je misschien af?


... In combinatie met de eerder geplaatste lantaarns wordt dit een lichtsluis, die op het synoptisch bord aangeeft wanneer een wagen goed geplaatst is om de ontkoppelaar te activeren.

Iets heel anders: de bouw van mijn brouwerijtje. Op het eerste gezicht is dit een schoorsteen in opbouw. Toch heb ik er een speciale bedoeling mee...


De schoorstenen worden via luchtkanalen met een centrale rookgenerator verbonden. Met een druk op de knop komt er uit de uitverkoren schoorsteenpijpen een dampige wolk. Dit kan een mooie blikvanger zijn.

Het brouwerij-gebouw zelf wordt intussen verder afgewerkt. Het schilderen is een saai werkje: het is immers de bedoeling dat er wat afwisseling in de bakstenen zit. Rechts is de muur al gevoegd en dus ruwbouw-klaar.


Een prototype voor een meetwagentje. Hiermee kan ik onder andere de afrolsnelheid van de rangeerheuvel meten, om daarmee het afremsysteem af te regelen. Dat remsysteem moet nog ontworpen worden, maar ik heb al wel een - denk ik - goed idee.

Het interieur van de brouwerij in opbouw. De muren zijn gereed, het buizenwerk wordt geplaatst en is nog te schilderen. Door de grote ramen in dit gedeelte van het gebouw zal je daar veel van kunnen zien, dus zijn de details belangrijk. Uiteraard komt er ook nog binnenverlichting.


Voor de ketels heb ik een speciaal soort "verf" gebruikt: Alclad. Deze emulsie kan je achteraf polijsten, wat een natuurgetrouwe metaalglans geeft.

Het interieur van de productiehal is klaar om in de brouwerij geplaatst te worden. Door de hoge ramen is het best een mooi gezicht.


Het prototype van het meetwagentje bleek niet stabiel en betrouwbaar, reden om een ander, meer doordacht model te maken. De wielomwentelingen worden gemeten met een lichtsluis uit een oude CD-ROMspeler

Een goedkoop wagentje krijgt een nieuwe bovenbouw om de onderdelen van het meettoestel een plaats te geven


Een weinig elektronica - niet veel meer dan een batterij, een schakelaar en een verklikkerledje - wordt op het wagentje geplaatst.

... en zo heb ik een apparaatje, bedoeld om de rolsnelheid van de rangeerheuvel te meten en het afremsysteem te testen, maar waarmee later ook metingen op de "grote" baan kunnen gebeuren.


Op de bovenverdieping van de brouwerij zetelt onder andere de directie van het bedrijf. De grote baas ziet er op deze foto uit alsof hij aan tafel gaat...

... maar na wat snij- en boetseerwerk lijkt hij andere plannen te hebben. De man is een onderdeel van een bewegende "ondeugende" scène geworden.


De bouw van het interieur van de brouwerij is een verhaal op zich. Ik koos ervoor om elke verdieping op zich aan te maken.

Na het aftekenen van de raamopeningen op een interieurdoos kunnen de ramen in de ruwbouw geplaatst worden.


Het interieur wordt opgebouwd met restjes styreen, afgedrukt behangpapier en materiaal van Preiser.

De interieurdoos wordt van verlichting voorzien en aan de buitenkant zwart geverfd. Dit interieur is klaar om in de brouwerij geplaatst te worden.


De bottelafdeling van de brouwerij is intussen ook bijna klaar voor inbouw. De aandrijving is gemeenschappelijk met die van een andere scène.

Wat is dat weer voor iets, denkt U misschien?
Wel, het is de start van een hulpmiddeltje om kasseien in architectenkarton te drukken. Ik had geen zin om een kwart vierkante meter kasseien met de hand in te drukken...


... en met een dergelijk rollend stempeltje gaat het zeer vlot, met twee rijen kasseien tegelijk. Rechte lijnen langs een lat, gebogen langs een mal of uit de losse hand.

En binnen enkele minuten - een kwartiertje voor het hele kasseioppervlak - had ik een mooi patroon dat ik verder kon schilderen en verweren.


Met nog een kleine twee maanden tijd moest ik nog een belangrijk stuk landschap maken. Daar zat nog gewoon een holte! Voordat ik het landschap kon modelleren moest ik eerst nog een brug maken en aanbrengen ...

...en ook nog een onderdoorgang voor wegverkeer. Deze bruggen sluiten immers aan op het stuk landschap, en het is handiger om eerst dergelijke bouwsels te plaatsen en dan pas het landschap vorm te geven.


Met de bruggen geplaatst kunnen we de holle ruimte opvullen. Dat opvullen is letterlijk te nemen: proppen krantenpapier, samengehouden door plakband zorgen voor een ruwe landschapsvorm

...waarop met gips het landschap wordt aangebracht. De gebruikte methode is een variant van de "Hard-Shell"-werkwijze. Wie weet vertel ik daar later wel eens iets meer over. Dit stuk landschap is klaar voor de afwerking.


Het landschap heeft intussen een kleurtje gekregen. Een bruine basistint, en op sommige plaatsen zijn er al rudimentair rotsen geschilderd. Onder de brug krijgt het riviertje zijn bedding.

Voor de steunmuur tussen de rangeerheuvel en de brouwerij - die maar liefst een meter lang is - gebruikte ik de torentjes van het station "Boulroie". Die siliconenmal had ik nog, maar hij is tijdens deze afgietsessie stuk gegaan.



Aan het begin van de rangeerheuvel moest nog een bedieningsgebouwtje komen. Omdat het over een kleine rangeerheuvel gaat, is dit ook een eenvoudig gebouwtje geworden. Er bevindt zich echter wel een synoptisch bord in, verlicht met glasvezeltjes.

De spoorberm vooraan aan het minibaantje krijgt het eerste groen. Voorlopig ziet dat er nog uit als een lappendeken - het "wilde gras" is dan ook opgebouwd uit 6 verschillende soorten matten. De "naad" tussen de stukken moet nog gecamoufleerd worden. Bemerk ook het witte hek, gegoten uit een zelfgemaakte siliconenmal.



Een rij bomen, hun ruwbouw uit metaaldraad is klaar. Dit zijn er 15, en ik denk er het dubbele nodig te hebben. Een half uur per boom, alleen al voor het vlechtwerk...

Ik volgde grotendeels de methode volgens Jos Geurts, beschreven op het modelspoorforum en nu ook in MSM. De linkse bomen hebben zopas hun bast uit zagemeel gekregen.



Enkele stappen verder per boom: de bast is afgewerkt, twijgjes en blaadjes gekleefd en loof erop. Over bomenbouw heb ik een webpagina gemaakt.

Na heel wat uurtjes is het bos op het baantje compleet. Om wat meer afwisseling te brengen heb ik een groepje berken toegevoegd


De brouwerij is intussen vastgezet op het baantje. Er moesten nog lantaarntjes komen om de loskades en de parking te verlichten. Hiervoor gebruikte ik een nieuwe werkwijze...

...waardoor ik afneembare gevellantaarns kreeg: Het gebouw kan indien nodig nog op zijn kant gelegd worden, een stekkersysteem zorgt voor een veilig loskoppelen.


Nogal wat detaillering en technisch nazicht later is mijn baantje - 5 dagen voor de expo - vrijwel klaar

Ze mogen zelfs het licht uitdoen in de Nekkerhal, het baantje zal nog steeds toonbaar zijn...


Er was nog een leeg hoekje, nu gevuld met voorraadtanks. De politieke slogan op de muur komt overeen met de tijdsgeest.

De remschoentjes zijn net op tijd aangekomen. Daardoor was het ook de moeite om een uitwerpsysteem in model te maken.


Het toegangshek voor de fabriek, gemaakt van metaalgaas en gesoldeerde koperdraad.

De chauffeur van deze oude Ford vrachtwagen moest een noodstop maken...

Na het transport, en vooral door het in- en uitladen in ons autootje, was er nogal wat schade aan de onderzijde (lees: de techniek) van het baantje: afremsysteem, wisselmotoren, ontkoppelaars, rijregelaar, lichtsluizen,... allen hadden ze te lijden gehad. Na ùùùren aan herstellingswerken slaagde ik erin om (pas) na de eerste expodag mijn locje te laten rijden.
Mijn hoop om een geleende (bedankt, Luc...) type 57 saddletank ten tonele te voeren als rangeermachine was misschien tevoren al weg omdat diens wielbasis niet paste op mijn zelfgebouwde wissels.
Nu ja, in "de wedstrijd" was ik na de genoemde problemen vijfde - op 61 starters, maar ook op 27 die effectief in Mechelen stonden - is dat niet slecht. Ik ben tevreden, en ik denk dat de "kijkers" naar mijn minibaantje dat ook zijn.

©2008 Gerolf Peeters - aangepast op 28.10.2008 Zie ook: Contact